Op een vergadering van een Vereniging van Eigenaren heeft een tegenstander van het bestuur het hoogste woord. Dat is jammer. Het bestuur heeft zijn best gedaan om de kosten laag te houden, maar de kosten van de lift blijken echt hoger te zijn dat op het eerste gezicht was ingeschat. Een expert had er naar gekeken en beargumenteerd dat de VvE echt meer moest reserveren om niet later in de problemen te komen. Alles lag open op tafel, niet reserveren nu zou echt een ramp in de toekomst geven. Maar er blijken geharnaste tegenstanders op de vergadering.
Het bestuur verdedigt het voorstel, maar daarna komen er meer tegenstanders. Van de 40 leden hebben zich nu al vijf uitdrukkelijk verzet. Het bestuur wordt zenuwachtig. Blijkbaar is hun voorstel niet goed! Er volgt een schorsing en een zenuwachtige (onervaren) secretaris stelt voor het voorstel in te trekken.
De ervaren voorzitter stelt de secretaris gerust. Hij neemt even een van de deelnemers apart en vraagt hem om na de schorsing een eerlijk standpunt over het voorstel te verkondigen. Hij wist dat deze deelnemer vertrouwen had in het bestuur en de maatregel wilde accepteren. De secretaris ziet het niet zitten. “Eén voorstander, terwijl er al vijf tegenstanders waren!”
Na de schorsing neemt de voorzitter de tijd om uit te leggen wat niet klopte in de redenering van de tegenstanders. De voorstander neemt daarna de gelegenheid te beargumenteren waarom hij voor is, waarna de vijf tegenstanders zich niet overtuigd tonen. Toch brengt de voorzitter het voorstel in stemming. Met een ruime meerderheid wordt het voorstel aangenomen.
Wat was de denkfout van de secretaris? Wie zwijgt stemt toe!. Hij heeft alleen tegenstanders gehoord en neemt aan dat de zwijgers met hen instemmen. Ten onrechte! Er waren wel voorstanders. Alleen zullen voorstanders van hogere lasten zich niet graag openlijk uiten. Of misschien kende hij het bandwagon-effect: een mening wordt eerder geloofd als we meer mensen met die mening hebben gehoord.
De voorzitter wist dat er groot vertrouwen was in de vereniging van eigenaren. Een pleidooi van een voorstander was wel belangrijk (vanwege het Anker-effect). Maar uiteindelijk blijken mensen evenwichtig en verantwoordelijk te besluiten als er veel vertrouwen is.
Er was ook sprake van een ander effect: wie zich geuit heeft met een bepaalde mening, komt daar niet makkelijk op terug, ook al was de mening gebaseerd op foute aannamen.