Gemeenten, woningcorporaties, zorginstellingen, huisartsen, welzijnsinstellingen: allemaal merken ze dat het lastig is om iets aan problemen in een bepaalde buurt of wijk te doen door eigen initiatieven. Steeds meer ben je afhankelijk van andere instellingen, de mensen zelf en hun omgeving. Daar kijken we bij het visiteren van woningcorporaties steeds meer naar: lukt het je goed te schakelen met andere partijen? Is er genoeg onderling vertrouwen, informeer je elkaar op tijd en is de samenwerking motiverend?
Basis voor samenwerking
Om te kijken of de basis voor de samenwerking gelegd is, bedacht ik met Gerard van Bortel een model voor netwerksamenwerking dat uitgaat van drie soorten samenwerking: afstemmen, aanpassen of aaneenvlechten hebben we de drie vormen genoemd.
We gaven als voorbeeld de samenwerking tussen gemeente en corporatie. In het land zie je verschillende vormen van samenwerking, waarbij eigenlijk niet vooraf gekeken wordt of de basis om samen te werken op orde is.
Afstemmen: De gemeente stelt zelf een woonvisie op. Corporaties worden uitgebreid geïnformeerd over de inhoud van de Woonvisie en houden in hun actieplannen zoveel mogelijk rekening met de doelen uit de Woonvisie. De handelingen worden beter op elkaar afgestemd zodat men elkaar niet in de weg zit.
Aanpassen: De gemeente betrekt woningcorporaties in een vroeg stadium bij het maken van de Woonvisie en houdt serieus rekening met de inbreng van de corporaties. Partijen delen informatie die nodig is voor het maken van de woonvisie en maken samen een actieplan voor de uitvoering van de woonvisie waarbij zowel de acties van de gemeente als van de corporaties vermeld worden. De Woonvisie blijft het product van de gemeente
Aaneenvlechten: Gemeente, corporaties (en andere partijen) maken gezamenlijk een woonvisie. Een werkgroep met vertegenwoordigers van alle betrokken partijen werkt gezamenlijk aan de Woonvisie en beschikt over een eigen budget (verkregen van de deelnemende partijen) voor het inhuren van externe expertise of voor het organiseren van informatiesessies. Er wordt gestreefd naar het zoveel mogelijk vervlechten van de doelen van alle betrokken partijen. Partijen delen informatie die nodig is voor het maken van de woonvisie, maar wisselen ook dilemma’s, onzekerheden en risico’s uit. De partijen maken samen een actieplan voor de uitvoering van de Woonvisie waarbij zowel de acties van de gemeente als van de corporaties vermeld worden. Partijen bewaken gezamenlijk de uitvoering van het actieplan.
De voorbeelden zijn gemaakt voor corporaties, maar de toets is eigenlijk breder bruikbaar. Vul de velden samen met de netwerkpartners in en kijk hoe hoog je op alle velden scoort. Is jouw organisatie al klaar voor verdergaande samenwerking? ?
Netwerktypologieën
We benadrukken dat je niet per se moet kiezen voor de meest vergaande vorm van samenwerking. Daarom is het veld “risico’s” toegevoegd. Elke vorm heeft voor en nadelen. Naarmate problemen meer vervlochten zijn, moet de samenwerking daarop aangepast worden. Zijn de problemen goed los van elkaar te zien en op te pakken, dan verdient een lichtere vorm van samenwerking de voorkeur. Wat mij betreft gaat het er vooral om dat je kiest hoeveel je moet samenwerken en vervolgens kijkt of de basis daarvoor op orde is.
Gebaseerd op van Brown & Keast 2003; Keast et al. 2007; Van Bortel 2016; Albeda 2018.
Begin maar eens met deze paar onderdelen te scoren met elkaar
Vertrouwen | van gering (1) tot groot (10) |
Relatie | van geen (1) via zoekend naar groeiend tot goed en stabiel (10) |
Communicatie | van nooit (1) via weinig frequent naar regelmatig (4) en gestructureerd (6 a 7) tot zeer frequent en veel informeel (10) |
Informatie-uitwisseling | openbare informatie beschikbaar (1) via projectinformatie gedeeld (4,5) alles tot aan tactische en gevoelige informatie gedeeld |
Afstemming | van acties op elkaar afstemmen(1) via doelen worden aangepast en afgestemd tot doelen worden vervlochten (10) |
Doelen | doelen zijn van organisaties (1), projectdoelen gezamenlijk (4) gedeelde doelen lange termijn (7 en hoger) |
Ruimte voor tegenspraak | Van niet (1) tot gematigd (5) tot groot (10) |
Scoor je op alle punten hoog, dan staat niets een vergaande samenwerking in de weg. Is dat niet het geval, dat weet je wat aanpassing behoeft en kun je daar over in gesprek gaan.
Succes!